07/04/2005 – De Hete Brij, Zwolle

Uit het fanclubboekje:

Als In ‘t Wild moet spelen gaan Jolanda en ik, als het even kan, kijken. Blijkt dat ze dit keer in Zwolle spelen…. Volgens de routeplanner is het maar twee uur rijden, een makkie dus. We gaan! Eerder in de week had ik al contact gehad met Jan voor de carpool, dus die reed met ons mee. Zwolle, een oud vestingstadje met kronkelende straatjes en diverse parkeermogelijkheden. Hoe we het gedaan hebben weet ik niet, maar we komen per ongeluk precies op het pleintje uit waar het cafe is. Even diep in de buidel tasten voor wat parkeergeld. Ik geloof dat het twee euro was voor de hele avond (daarvoor kun je in Rotterdam maar zo´n twintig minuten de wielklem van je auto af houden). Dus het valt weer mee. Moeten we misschien vaker naartoe gaan… Zwolle.

Op naar het cafe “de Hete Brij” waar het zinderende bandspektakel plaats gaat vinden. Hee, er staan muzikanten met instrumenten op straat. Oh, dat is dus “backstage”, net achter het podium. Nou ja, podium. Meer de lege ruimte voor het raam van het cafe, naast de deur.

Het cafe is een 6 meter brede, lange pijp met een donker plafond en mooie aankleding. Het is zo’n ruimte waar het met 50 man publiek al direct vol en warm is, en dat is nu ook het geval. We proppen ons tussen de mensen en kijken naar de tweede band (de eerste hebben we gemist). Buiten dat ik het niet zo goed kan zien, de band staat op de grond, valt het geluid niet mee. De mensen van het geluid doen waarschijnlijk hun best, maar de installatie komt in mijn ogen iets tekort, zelfs voor deze kleine ruimte. Ik krijg pas na twee nummers door dat de zanger Nederlands zingt ( Edwin tegen me: “Eh.. ja, Luc, het is een Nederlandstalige bandwedstrijd.” Ooooh, da’s waar ook). De band speelt een aantal nummers die enkele rifs en melodietjes bevatten die bij mij een hoog ‘waar ken ik het van’ gehalte oproepen. Tijd dus voor goede muziek.

Ik help even mee met de ombouw van Met Roosen naar In ‘t Wild. Het is gezellig passen en meten op 5 vierkante meter. Al snel draaf ik met een flightcase van de toetsen en een pianokruk van backstage (de stoep) naar de opslagruimte (de auto van Edwin). Even later mag ik nog een keer naar de auto om de setlijst op te halen. De soundcheck duurt even omdat er wat geluidsproblemen zijn met de groovebox. Dan kan het optreden met een aankondiging van de presentator beginnen.

Er worden 6 nummers gespeeld, 2 nummers van de eerste cd, 2 van de tweede en nog 2 nummers nieuw werk. Van mij had het best meer nieuw werk mogen zijn, dat hoor ik nu eenmaal graag. Maar ja, slechts 25 minuten, keuzes keuzes. De eerste twee nummers worstelt het geluidsduo weer met de instellingen, en de installatie geeft ook nu weer een, niet echt briljant, eindresultaat als geluid. Waar is onze Gijs als je ‘m nodig hebt. Ik wed dat ie met deze installatie na het herpolariseren van een powerflux, het bij-tweeteren van de 400 herzcurve en het met tape afplakken van een stroomlek een fantastisch geluid had kunnen maken. We zullen het nooit zeker weten.

In ‘t Wild speelt toch lekker, en de flinke delegatie uit het zuiden vermaakt zich prima. Ik vind het elke keer weer leuk om naar te kijken, van de ‘andere kant’. Het is helaas weer veel te snel afgelopen. Ik help nog even mee met het afbreken en we drinken nog een pilsje. Ondertussen heeft de laatste band opgebouwd. Een meer op theater gerichte act met twee gitaren en een saxofoon. Het concept is duidelijk anders dan anders. Misschien dat het in het theater wel past, voor in ‘de kroeg’ miste ik er toch iets aan (drums?, bas?).

Het is na het eind van de avond nog steeds gezellig als de ‘muzikant van de avond’ wordt gekozen (de saxofonist van de laatste band, jammer Berti), maar de autosleutel in mijn broekzak herinnert me eraan dat we nog terug moeten naar Brabant. Het was weer leuk, moeten we vaker doen. Nu nog maar twee uurtjes rijden….. makkie!

Luc

Oeh, ik moet op mijn woorden passen, want de jury heeft op het moment van schrijven de uitslag nog niet bekend gemaakt. En paranoide als ik ben, weet ik zeker dat ze mee lezen. Jury? Uitslag? Jazeker, één onzer had het onzalige idee om ons in te schrijven voor een Nederpopprijs. Wat de bands die zich hadden ingeschreven gemeen hebben zijn Nederlandstalige teksten (hoewel een enkeling toch dacht dat Nederlands en Engels dezelfde talen zijn). Maar Doe Maar en De Raggende Mannen, The Ex en Toontje Lager, Willeke Alberti en Andre Manuel, Skik en Rowwen Heze; buiten de taal zijn er weinig overeenkomsten. En we hebben het toch ook niet over Engelstalige popmuziek als genre. Een kwestie van appels en peren. Bovendien is zo’n wedstrijd tussen bandjes zo subjectief als, uhm, als iets.


Zo, dat gezegd hebbende moet ik toegeven dat het eigenlijk best leuk was, daar in Zwolle. Al was het maar 25 minuten. Als gezegd, of we in de finale komen is nog niet bekend. De andere bands waren ieder op hun gebied eigenlijk ook wel goed. Bovendien heb ik geen idee hoe de jury haar keuze gaat bepalen.

Dat ik geen kans maakte op de titel “dè muzikant van de avond” [ja, ik maak geen grap] was mij al meteen duidelijk toen ik de mij toegewezen versterker zag: Marshall. En Tal en Marshall versterkers, dat zijn geen vrienden. [Heb ik wel eens verteld dat ik de heer en mevrouw Jim Marshall eens heb ontmoet? “I love your amps”, heb ik tegen de vriendelijke grijsaard gelogen.] Piep. Pieeeep. Pieeeeeeep. Schel als de hel. Daarom heb ik die Rivera, mensen! Lekker warm en diep. Enfin, het ging in ieder geval hard. Berti had trouwens wel kans gemaakt op de titel, als hij die slap-solo eindelijk eens gespeeld had. Anyway, het was gezellig, goed bezocht (grote afvaardiging uit de afdeling Lith e.o., Erp, Maarheeze, enne…Wales) en ach, het is altijd leuker om te spelen dan voor de tv te hangen. Alleen een tering-eind rijden, dat Zwolle.

Antal

kleedkamer

kleedkamer

en waar gaan wij staan?

Naschrift 2010:Nee, we wonnen niet. Het jury-rapport was -naast bijzonder negatief- slecht geïnformeerd, tamelijk onbeleefd en ietwat bevooroordeeld. Als ik het nog eens tegenkom zal ik het plaatsen. Hah! Gevonden:

Opmerkingen bij het rapport:
– Als men had gezorgd voor een stagemanager en onze rider had bestudeerd hadden we niet hoeven te kutten met kapotte kanalen en niet beschikbare kabels.
– De beschikbare backline was bepaald niet denderend. Ik mocht mijn [combo]-versterker niet gebruiken. En de gehaaste en rommelige opbouwtijd liet bar weinig ruimte voor een degelijke soundcheck. De line-check bleek niet toereikend.
– De veredelde zanginstallatie was niet op een band ingesteld. En de technici al helemaal niet.
– Bas teveel laag? DI naar mengtafel, dus dankzij hun geluidsknakker.
– We gebruikten geen sampler. Ze zullen de groovebox bedoelen. Er was niets mis met de grooves/stemming (want die gebruikten we al tijden). Wel was er van alles mis met de afspeling (dankzij de sukkels van het geluid).
– Kopstem? Er is geen enkel nummer gespeeld waarin een kopstem voorkwam.
– Professioneel overkomen? Serieus met de wedstrijd bezig? Verre van dat. Wij hadden al snel door dat het improviseren zou worden, en dat we hier weinig te winnen hadden. Tegen de tijd dat we konden beginnen, wilden we gewoon een goed optreden wegzetten en verder zou het ons een zorg zijn.

Antal